Jozefien heeft het niet altijd gemakkelijk. Zij is het jongste dochtertje in het grote gezin van een al wat oudere Zweedse dorpsdominee. Ze is wel een beetje eenzaam tussen al die volwassenen en voelt zich niet zo goed thuis in haar strenge omgeving. Eigenlijk heet ze Anna Grå, maar voor deze naam voelt ze zich te klein. Bovendien betekent Grå grijs. Ze wil Jozefien heten. Jozefien Joandersson, dat past bij haar. Maar op de eerste schooldag zorgt haar naam reeds voor moeilijkheden. Gelukkig komt na enkele weken Hugo opdagen, die maakt het de juf en de andere leerlingen duidelijk dat Jozefien recht heeft op haar eigen naam. De zorgeloze, maar opmerkelijk zelfstandige Hugo, die een apart gevoel voor humor heeft, sluit vriendschap met de eenzelvige Jozefien. Deze knaap met het te grote hemd, de te lange broek en de grasgroene bretels is enorm wijs en durft overal voor zijn eigen mening uitkomen. Hij zal Jozefien leren hoe ze zichzelf kan redden. En nog veel meer. Hij leidt haar binnen in de wereld van de bomen, planten en spinnen en hij leert haar ook over de wereld van de grote mensen. De verfilming van Hugo en Jozefien in 1967 was een artistieke gebeurtenis in de Zweedse cinema. Vertaling uit het Zweeds door Ingeborg Uijt den Boogaard. Oorspronkelijke titel: Böcker om Hugo och Josefin. Omslagontwerp: André Sollie. Eerste druk april 1991. Doelgroep: relaties leeftijd 9+.

Maria Gripe André Sollie Ingeborg Uijt den Boogaard

Hugo en Jozefien omnibus