Het kloosterleven van de auteur begint in 1959. Zij zal twaalf harde en moeilijke jaren achter de kloostermuren doorbrengen, vooraleer zij terug de stap naar de echte wereld zet en een nieuw leven herbegint. Haar motivatie om haar levensverhaal op papier te zetten: 'De jongste decennia is er heel wat gepubliceerd over en van priesters die hun ambt neerlegden. Maar over de honderden 'nonnetjes' die toch ook bij bosjes uittraden wordt met geen woord gerept. Ik heb twaalf jaar tot deze groep 'vergeten vrouwen' behoord. Het geloof in de roeping, de jarenlange inzet voor God, Kerk en vaderland, is veel geestelijken -mannen en vrouwen- bijzonder zuur opgebroken. Wie het klooster verlaat staat figuurlijk en bijna letterlijk in zijn blootje: geen kleding, bezittingen, sociale zekerheid, uitzicht op werk of wat dan ook. Aan al die vergeten vrouwen, de nonnen van toen, wil ik dit boek in de eerste plaats opdragen.'

Verslegers Annick

Ex-non