H. Elsinga

Struikelblokken

Artikelnummer 10123916

EUR  4,99 *
Inhoud 1 stuk
* incl. btw excl. Verzendkosten
Op voorraad, levertijd 1-3 werkdagen

EEN VOORWOORD TOT DE LEERLINGEN. Wat is het doel van dit boek? Hoe moet het gebruikt worden? Als je een opstel maakt, of een brief schrijft, komen er altijd allerlei vragen over verschillende zaken: de compositie, de zinsbouw, de woordkeus, de spelling, enz. Het zou je taak zeer verlichten, wanneer je deze vragen niet elke keer opnieuw van de woorden hoefde te denken. Gelukkig is dat nu al grotendeels het geval, maar er zijn nog altijd een aantal woorden, waarbij je even moet twijfelen, waar je struikelblokken, de verstoppers van je gedachten. Ze zijn van tweeërlei aard: 1. werkwoordsvormen, waarvan je de spelling niet precies weet. Je twijfelt, omdat je geen oefening hebt in het juiste vorm alleen kunt vaststellen, als je de situatie overziet, waarin ze voorkomen (bijv. bij vertelt, maar: hij vertelde. In het eerste geval gaat het om de ik-vorm, in het tweede geval om de anderen, maar door bepaalde oefeningen te maken, die daar zorgvuldig voor zijn samengesteld, kan deze snelheid aanzienlijk verhoogd worden. 2. woorden, waarvan je de spelling niet precies weet. Je twijfelt. Soms schrijf je zo'n woord even op en kijkt „hoe het staat". De overpeinzingen moesten niet nodig zijn. Daardoor raak je de draad van je verhaal kwijt; je vergist je in de zinsbouw of het goeie woord ontschieet je. Daarom moeten ook die struikelblokken opgeruimd worden. 3. je verleert je de baas. Want het zijn er heus niet zo veel. Je weet alleen niet welke het zijn. Als je dat wist, kon je die vijand gemakkelijk de baas worden. In dit boek zijn twee soorten oefeningen opgenomen: 1. oefeningen in het automatiseren van de werkwoordsvormen. Dit zijn de oneven oefeningen, dus die op de linkerpagina staan. 2. oefeningen, die ten doel hebben jouw struikelblokken te vinden. Ze bevatten nl. alle struikelblokken, die in de loop van vele jaren bij ruim 1000 leerlingen geconstateerd zijn. Als je deze oefeningen op de voorgeschreven wijze maakt, zul je de werkwoordsvormen veel vlotter zonder fouten schrijven en je struikelblokken vinden en (het klinkt wat vreemd).... kwijtraken. HOE MOETEN DEZE OEFENINGEN WORDEN GEMAAKT? 1. Maak altijd twee oefeningen, die naast elkaar staan in één keer, dus een even en een oneven nummer. 2. Schrijf alleen het dikgedrukte woord op en vul op de plaats van het „struikelblokje" een van de letters of lettercombinaties, die boven de oefeningen staan. Denk erom: NOOIT IETS ANDERS. 3. Als je de oefening gecorrigeerd terug krijgt, maak je het vakje voor de zin rood, als je het struikelwoord fout gemaakt had. 4. De struikelwoorden van de even nummers, die je fout geschreven had, schrijf je in een schrift onder het hoofd: „Privé struikelblokken". Onder deze titel verzamel je je „vijanden". Dit zijn de woorden, die je bij het schrijven van je week houdt. Verzamel ze goed, hou ze in het oog en je zult ze meester worden. 5. De struikelwoorden die de oneven oefeningen moet je NIET bij de „privé's" zetten. Wel moet je het vakje voor de zin rood maken, als je het struikelwoord fout gemaakt had. 6. Het is gewenst iedere oefening te herhalen. Als je bij die herhaling een fout maakt die je de eerste keer niet gemaakt hebt, kleur je dan een vijaand, die door de mazen van het net trachtte te slippen. Zet hem nog gauw, bij je „privé's". 7. Maak de oefeningen in een vlot tempo. Denk niet te lang na bij een woord, maar schrijf het zoals je op dat moment denkt dat het moet zijn. Laat hem niet meer dan 4 à 5 minuten kosten. 8. Schrijf duidelijk. Dit is niet alleen een vorm van beleefdheid tegenover je leraar, maar ook je eigen belang. 9. Verander niets aan een woord, dat je hebt opgeschreven. Ook als je ziet dat het fout is, laat je het staan. Het feit, dat je het verkeerd schrijft, bewijst, dat het een struikelblok is en die moeten we juist vinden. 10. Bewaar dit boek goed en herhaal af en toe je struikelblokken. Je zult er ook later veel plezier van beleven, meer dan je nu vermoedt. AAN DE COLLEGA'S. Bij het onderwijs in de moedertaal mag het spellingonderwijs maar een bescheiden plaats innemen. Toch eist men op examens en ook in de maatschappij, dat de leerlingen de spelling beheersen. Aan beide eisen kan worden voldaan, als men de fouten op de juiste manier aanpakt en geen tijd verloren laat gaan met onnut en onnodig werk. Elk zin bevat een moeilijk woord. Er zijn echter uitsluitend woorden opgenomen, die voldoende frequent zijn en die bovendien bij een zeker percentage van de leerlingen „struikelblok" blijken te zijn, d.w.z. dat de leerling niet zeker is van de schrijfwijze. De bedoeling van deze oefeningen is, dat iedere leerling zijn „privé-struikelblokken" ontdekt. Het is verrassend, hoe snel de leerlingen deze opruimen, als ze die eenmaal gevonden hebben. Zijn ze eenmaal zover gevorderd, dan voelen ze zich veel zekerder bij het schrijven en de meeste andere fouten (de vergissingen) verdwijnen ook. De oefeningen zijn zodanig ingericht, dat ze de leerlingen weinig tijd kosten en de leraar weinig correctiewerk bezorgen. Controle op de vorderingen is heel eenvoudig, door na ieder 20-tal oefeningen een proefdictee te geven, gevornid uit de zinnen die voor de leerlingen de meeste moeilijkheden opleverden. Zwakkere spellers kunnen gemakkelijk de oefeningen herhalen, waarin ze veel fouten maakten. Zo past het boek zich volkomen aan bij de individuele behoeften van de leerlingen. Spellingregels zijn hier niet opgenomen; kennis van die regels waarborgt volstrekt geen spellingvastheid. Het spellen moet zoveel mogelijk automatisch gebeuren. Het is van veel belang, dat de oefeningen op de juiste wijze worden gemaakt. Daarom is het noodzakelijk eerst de toelichting op de volgende bladzijde te lezen. Haarlem, 1970. Elsinga. Eerste druk 1955; Tweede druk 1956; Derde druk 1958; Vierde druk 1959; Vijfde druk 1960; Zesde druk 1961; Zevende druk 1961; Achtste (gewijzigde druk) 1962; Negende druk 1963; Tiende druk 1964; Elfde druk 1965; Twaalfde druk 1967; Dertiende druk 1968; Veertiende druk 1969; Vijftiende druk 1969; Zestiende druk 1969; Zeventiende druk 1970.

Conditie

Tweedehands - Redelijk

Taal

Nederlands

Artikeltype

Boek - Paperback

Publicatiejaar

1970

Uitgever

W. Versluys N.V., Amsterdam - Antwerpen

Druk

17

Aantal pagina’s

122

EAN

9789024905997

Markeringen en notities.