Ik neem aan, dat dit voetbalboek gelezen zal worden, in de eerste plaats door jongelui, zeg tussen de 10 en 20 jaar. Tot jullie richt ik mij dus heel in ’t bijzonder. Als ik aan mijn eigen voetbaltijd terugdenk, herinner ik me, hoe we de cracks-van-toen (Bakhuys, Kick Smit, Leen Vente, Raymond Braine, Frank Wels, Bertus Caldenhove, Mauk Weber e.a.) probeerden te imiteren. Met tennisballetjes. Op het schoolplein. Hoe we met rode hoofden van spanning bij de radio zaten, waar Han Hollander vertelde, hoe de interland verliep. Hoe we op knollenlandjes speelden en elkander op het gezicht timmerden, als we een „pinantie” meenden te hebben geforceerd en de tegenpartij daar geen genoegen mee nam. Heerlijke tijd van zelfgemaakte palen en latten! Een uitneembaar doel, dat we na de wedstrijd mee naar huis namen en op zolder opborgen tot na het volgende partijtje. Maar op een gegeven ogenblik waren we oud genoeg om lid van een echte club te worden. Met wedstrijdformulieren, contributie, lidmaatschapskaarten, verplichte clubkleuren, uitgestippelde aanvangstijden, reservebeurten, clubavonden enz. Dat betekende dat de periode waarin we deden wat we wilden, voorbij was. Maar het betekende óók dat we nu pas goed de kans kregen echte voetballers te worden. Pingelaars werden gecorrigeerd, éénbenigen kregen op de oefendagen de dringende raad aan hun „goede been” een gymnastiekschoen te doen, zodat ze gedwongen werden met hun „verkeerde been” te trappen. De leider of trainer kiende uit, wat onze beste plaats in het elftal was en zoveel dingen meer. Kortom: er ging een nieuwe wereld wijd voor ons open! Wat nu dit boek wil, dat is: je hierbij een handje te helpen. Kan het je niet schelen, of je een goed voetballer zult worden, sla dan alles over, wat de Franse voetballer Perpère hier vertelt. Deze ex-beroepsvoetballer van Stade Reims weet echt wel waarover hij het heeft. Hij zal je aantonen, dat je je enthousiasme, je honger naar de bal, moet leren verstandig te gebruiken. Hij zal helpen een goed vakmannetje van je te maken, een voetballer met techniek, met verstand, met inzicht. En als je je veel van zijn tips aantrekt, zul je merken, dat je niet alleen beter gaat spelen, maar ook, dat je nog meer plezier in je sportbeoefening krijgt. En dat laatste is dan de beloning, voor de moeite, die je je hebt getroost. HERMAN KUIPHOF

Lucien Perpère Herman Kuiphof (foreword)

Op weg naar het oranjeshirt, geen woorden maar daden!