Het onvruchtbaar maken van den mens - als medische behandeling / neomalthusiaanse practijk / eugenetische maatregel en middel tot bestrijding van sexuele criminaliteit

Article number 10179135

In Het onvruchtbaar maken van den mensch (1938) onderzoekt H. Van Rooy de morele, medische en juridische toelaatbaarheid van sterilisatie en castratie bij mensen, bekeken als medische behandeling, neomalthusiaanse praktijk, eugenetische maatregel en middel tegen seksuele criminaliteit. Hij beschrijft hoe voorstanders deze ingrepen rechtvaardigen vanuit volksgezondheid, bevolkingspolitiek of misdaadpreventie, maar verwerpt die argumenten op grond van het natuurrecht en de menselijke waardigheid. Volgens Van Rooy is voortplanting een wezenlijk doel van het menselijk leven, en mag de mens dat vermogen slechts aantasten als het strikt noodzakelijk is om het eigen leven of dat van een ander te redden. Dwangsterilisatie of eugenetische selectie zijn volgens hem misbruik van medische macht en moreel ontoelaatbaar, omdat zij de mens tot middel voor maatschappelijke of genetische doeleinden reduceren. Alleen een medische, vrijwillige en levensreddende ingreep kan aanvaardbaar zijn. Daarmee leverde Van Rooy een principiële katholiek-ethische kritiek op de toenmalige eugenetische stromingen, die later invloed kreeg op de naoorlogse discussies over mensenrechten, lichamelijke integriteit en bio-ethiek.

Eigendomsmerk.