Ename, 1657. Antoon de Loose doet als nieuwe abt zijn intrede. Hij regeert kordaat en efficiënt. Na vier jaar zet hij de regels voor de monniken en het abdijpersoneel op papier. Naast tips voor land- en tuinbouw, regelt hij ook tot in de kleinste details het huishouden: na het avondmaal mochten de knechten zich nog even verwarmen om daarna ‘zonder tegenpruttelen’ te gaan slapen zodat er niet teveel hout werd verstookt, de ‘coeiemaerte’ mocht niet te mooi zijn, want de paters konden wel eens verleid worden, het zilverwerk moest geteld worden na elke vaat… - de vaatwassers had misschien lange vingers… De ‘regulen’ van abt De Loose, bij toeval ontdekt in een familiearchief, brengen een bijzonder kleurrijke en boeiende kloosterwereld tot leven. Wie de archeologische site van Ename bezoekt, kan slechts vermoeden hoe de paters er woonden en leefden. Dit boeiende en mooi geïllustreerde werk, laat de lezer kennismaken met het echte reilen en zeilen van een 17de-eeuwse abdij in de Lage Landen. Guido Tack, kenner van de historische achtergronden van bos t’Ename, Anton Ervynck, archeoloog, en Gunther van Bost, psycholoog, toetsen deze buitengewoon boeiende tekst aan de andere historische documenten en de archeologische vondsten.

Antonius de Loose Guido Tack

De monnik-manager : abt De Loose in zijn abdij t'Ename