HOOFDSTUK I. Waarin wij kennis maken met twee flinke Vlamingen, en den dood van een groot man vernemen 5 HOOFDSTUK II. Waarin wij hooren, waarom Jan Breydel ontevreden was 9 HOOFDSTUK III. Waarin Jan Breydel den rentmeester harde noten te kraken geeft 15 HOOFDSTUK IV. Waarin Breydel toont, dat hij niet alleen spreken, maar ook handelen durft, wat echter slecht voor hem afloopt 21 HOOFDSTUK V. Waarin de schaper naar Brugge trekt en zijn leven waagt voor Breydel’s redding 31 HOOFDSTUK VI. Waarin hij Ralph in Breydel’s woning ontmoeten en kennis maken met Pieter De Coninck 37 HOOFDSTUK VII. Waarin een Klauwaert een Leliaart te woord staat 44 HOOFDSTUK VIII. Waarin Breydel de gastvrijheid van den heer van Syssele inroept 49 HOOFDSTUK IX. Waarin Breydel bezoek krijgt 54 HOOFDSTUK X. Waarin wij een kort stukje geschiedenis hooren 62 HOOFDSTUK XI. Waarin wij aan een sterfbed staan 67 HOOFDSTUK XII. Waarin wij naar Damme reizen 71 HOOFDSTUK XIII. Waarin wij Maerlant’s Begrafenis voorbij zien gaan 75 HOOFDSTUK XIV. Waarin wij een Lijkmaal bijwonen 80 HOOFDSTUK XV. Hoe het graaf gescoord werd 84 HOOFDSTUK XVI. Hoe de Klauwaarts scheidden. Wat er in eene taverne gebeurde 88 HOOFDSTUK XVII. Te Rupelmonde 97 HOOFDSTUK XVIII. Waarin wij een oude kennis weervinden 103 HOOFDSTUK XIX. Waarin de Franschen een onaangenamen avontuur beleven 103 HOOFDSTUK XX. De Vlaamsche lasttijding 107 HOOFDSTUK XXI. Waarin we van Damme’s beleg hooren 112 HOOFDSTUK XXII. Waarin wij ’t stedeken Aardenburg bezoeken 119 HOOFDSTUK XXIII. Waarin de valschheid van een vorstenpaar en de edelmoedigheid van ’s konings broeder duidelijk blijkt 126 HOOFDSTUK XXIV. Waarin een Koninklijke Intocht beschreven wordt 133 HOOFDSTUK XXV. Hoe Brugge in beroering kwam 142 HOOFDSTUK XXVI. Waarin een stout plan ontworpen wordt 154 HOOFDSTUK XXVII. Waarin de uitvoering van het plan verteld wordt 172 HOOFDSTUK XXVIII. Waarin Leliaerts en Klauwaarts strijden 175 HOOFDSTUK XXIX. Waarin wij eene heks ontmoeten 180 HOOFDSTUK XXX. Waarin belangrijk nieuws wordt vernomen 187 HOOFDSTUK XXXI. Waarin vele fieren taal hooren 195 HOOFDSTUK XXXII. Waarin we allerlei nieuws vernemen 197 HOOFDSTUK XXXIII. De arme Aleida 205 HOOFDSTUK XXXIV. Het Feest 208 HOOFDSTUK XXXV. De intrede van Du Chatillon 212 HOOFDSTUK XXXVI. De Brugsche Metten 218 HOOFDSTUK XXXVII. Waarin wij oorlogsgeruchten hooren 230 HOOFDSTUK XXXVIII. Waarin we de Klauwaarts langs den zeekant volgen 237 HOOFDSTUK XXXIX. Het Fransche leger 242 HOOFDSTUK XL. Het Vlaamsche leger 249 HOOFDSTUK XLI. De komst der Franschen 257 HOOFDSTUK XLII. Vóór den slag 269 HOOFDSTUK XLIII. De slag der Gulden Sporen 273 HOOFDSTUK XLIV. Waarin wij van onze Vrienden afscheid nemen 277 BESLUIT AANHANGSEL

Hans A.

Groeninghe