Nieuwe geluiden. Een keuze uit de hedendaagse poëzie

Article number 10124919

VOORBERICHT BIJ DEN VIJFDEN DRUK Het verzoek, een nieuwe en bijgewerkte druk van de "Nieuwe Geluiden" te verzorgen, zou mij zeker over eenigen tijd meer welkom zijn geweest dan op dit tijdstip. — Op dit oogenblik verkeert onze poëzie in een periode van gisting en groei. Er zijn jaren dat een richting zich doorzet, een zekere eenheid van streven en gevoelte bekennen valt; zulke jaren waren b.v. 1910, 1920, 1927. — Er zijn ook perioden waarin een zoeken naar alle zijden is en de tendentzen elkaar zoo snel opvolgen, dat ze reeds door andere achterhaald zijn terwijl men ze tracht te begrijpen. Zulke een periode is die van 1939—1940. Dit geldt niet alleen voor de thans aangetreden jongere dichters, dit geldt evenzeer voor de tweede jeugd der oudere dichters, van de school van 1910, wie innerlijke vernieuwing duidelijk is en straks voor de ontwikkeling onzer poëzie van het grootste belang zal blijken. Daarom werd deze inleiding thans nog niet herschreven, — op de laatste 25 blz. na, die aanvulling en verbetering beogen. — De noodzakelijkheid echter, de gansche inleiding te herschrijven op grond van de dan bestaande gegevens, zal zich zeker over eenigen tijd voordoen. De bloemlezing der gedichten is aangevuld met werk van alle figuren, die door talent en oorspronkelijkheid de aandacht van den lezer verdienen. Voor het gemak van dezezen lezer is aan het einde van de inleiding een "kort overzicht" van onze poëzie van 1910 tot 1940 toegevoegd.